Lomustine - Glioblastoom

Geselecteerde behandeling: chemotherapie
Inleiding
Het behandelplan geeft u de informatie die van belang is tijdens uw behandeling. Omdat wij ons realiseren dat het veel informatie is, kunt u hier al de nodige informatie lezen. Mocht u vragen hebben, noteer ze en stel ze tijdens het telefonisch intakegesprek. Wij willen u graag zo goed mogelijk informeren! Voorafgaand aan uw behandeling neemt de oncologieverpleegkundige telefonisch contact met u op om te checken of alle informatie duidelijk is.
Namens het team Verpleegkundig Oncologisch Centrum (VOC)
Zuyderland Medisch Centrum Sittard
Algemene informatie
Indicatie
Glioblastoom
Naam van de kuur
Lomustine
Behandelschema
Planning
De kuur wordt elke 6 weken toegediend.
Voorafgaand aan de kuur lab- en policontrole (tussen lab en poli zit een tijdsinterval van 60 minuten).
Bijzonderheden
- Lomustine 's avonds innemen, voor het naar bed gaan, op een lege maag.
LET OP: Volg te allen tijde de instructies van de apotheek of uw arts / verpleegkundig specialist, ook als deze afwijken van bovenstaande instructies!!!
Behandelschema
Stofnaam | Synoniem | Toediening | Dag van toediening | Toedieningstijd |
Lomustine | CCNU | tabletvorm | 1 | thuis innemen |
Voetnoot behandelplan
Klik op onderstaande links voor meer informatie
(of via www.zuyderland.nl/intakegesprek):
- Telefonisch intakegesprek (Oncologisch Dagcentrum Sittard)
- Chemotherapie
- Maatregelen thuis na chemotherapie
- Mondzorg
- Haarverzorging
- Hoofdhuidkoeling: Nee
- Medicatie tegen bijwerkingen
- Voedingsadviezen / Diëtist
- Reden om een verpleegkundige/ arts te raadplegen: Belkaart
Bij niet-spoedeisende klachten kunt u van maandag t/m vrijdag tussen 08:00 en 13:00 uur contact opnemen met het oncologisch dagcentrum: 088-4597916.
Bij spoedeisende klachten kunt u onmiddellijk contact opnemen met de 24-uurs bereikbare spoedlijn: 088-4597916.
Extra info veilig omgaan met excreta
Wanneer u met een chemokuur of een ander middel wordt behandeld, verlaten de afvalstoffen uit de medicijnen uw lichaam. Dit gebeurt via excreta. Dit is een medische term voor alles wat het lichaam verlaat: plas, poep, wondvocht, bloed, traanvocht, zweet, sperma, braaksel en speeksel. Dit worden ook wel uitscheidingsproducten genoemd.
Direct (huid)contact van met name middelen uit een chemokuur in uitscheidingsproducten kan schadelijk zijn voor uw gezondheid. En voor de gezondheid van uw naasten. Hoe lang dit schadelijk blijft, verschilt per middel.
De risico's voor u en uw omgeving zijn thuis klein. Toch is het goed om een aantal maatregelen te nemen. Zo kunt
u de risico's verlagen.
Lees hier over maatregelen die u thuis kunt nemen.
Beschermende maatregelen ten aanzien van excreta
- Lomustine: 4 dagen
Gevolgen voor vruchtbaarheid en ongeboren kind
Deze informatie is relevant voor vrouwen én mannen in de vruchtbare leeftijd.
Vrouwen mogen tijdens de behandeling en ook in een bepaalde periode daarna meestal niet zwanger worden. Er kunnen
risico’s zijn voor het ongeboren kind. Bij mannen is minder goed bekend of een behandeling, zoals chemotherapie,
tijdelijk invloed kan hebben op de kwaliteit van het zaad en of dit risico’s met zich meebrengt voor het ongeboren
kind.
Ook kan de behandeling van kanker ervoor zorgen dat u (later) minder vruchtbaar bent. Dit hangt af van het soort medicijnen, de combinatie van medicijnen, de dosering, het soort kanker en uw leeftijd.
Bespreek vóór de start van de behandeling wat dit in uw situatie betekent. Bijvoorbeeld of – en hoe lang – u
maatregelen moet nemen om een zwangerschap te voorkomen.
Heeft u een kinderwens? Bespreek dan met uw zorgverlener de mogelijkheid van invriezen van sperma of eicellen vóór
het starten van de behandeling.
Middelen met hun bijwerkingen
Lomustine (chemotherapie)
Bijwerkingen en adviezen
Minder bloedcellen
In het beenmerg worden nieuwe bloedcellen aangemaakt. Door de behandeling kan de aanmaak van nieuwe bloedcellen door het beenmerg verminderen. Dan treedt een tekort aan verschillende bloedcellen op. Meestal merkt u daar weinig of niets van, maar het is wel belangrijk te weten op welke signalen of veranderingen u moet letten.
te weinig witte bloedcellen
Witte bloedcellen zijn belangrijk in het afweersysteem van het lichaam. Ze helpen om infecties tegen te gaan. Door de behandeling heeft u tijdelijk minder witte bloedcellen. Dit heet ook wel neutropenie of in de dip-periode zitten. Wanneer de dip optreedt en hoelang deze duurt hangt af van de behandeling.
Uw zorgverlener controleert uw bloed. Als het aantal witte bloedcellen in het bloed te laag wordt, kan de arts de behandeling aanpassen. Zelf kunt u niets doen om een tekort te voorkomen.
In de dipperiode bent u het meest vatbaar voor infecties. Bij een infectie kunnen de volgende klachten voorkomen:
- koorts (38,5 graden of meer)
- koude rillingen en/of zweten
- grieperig voelen
- buikpijn
- diarree
- veel hoesten, soms met slijm
- benauwd of kortademig zijn
- pijn in de mond of keel, pijn bij het slikken
- oorpijn
- pijn bij het plassen, vaak (kleine beetjes) plassen, troebele of stinkende plas
- hoofdpijn en/of een stijve nek
Advies
- Neem direct contact op met uw zorgverlener als u:
- koorts (38,5 graden of meer) heeft.
- koude rillingen (klappertanden en rillen) heeft.
- in de war of suf bent.
- ergens over twijfelt of ongerust bent.
- Was regelmatig uw handen met water en zeep.
- Probeer wondjes te voorkomen. Trek bijvoorbeeld bij het in de tuin werken handschoenen aan. Heeft u een wondje? Controleer dan of het niet gaat ontsteken. Let op rood of warm worden, zwelling en pijn.
- Verzorg uw mond en tanden goed. Bijvoorbeeld door regelmatig uw mond te spoelen met water.
- Gebruik bij het tandenpoetsen een zachte (elektrische) tandenborstel. Wees voorzichtig met flosdraad, ragers en tandenstokers.
- Zorg dat u regelmatig naar de tandarts gaat. Vertel bij een bezoek aan uw tandarts of mondhygiënist altijd dat u behandeld wordt en noem de soort behandeling die u krijgt (chemotherapie, doelgerichte therapie, immuuntherapie, hormonale therapie).
- Let op dat u vatbaarder bent om een infectie op te lopen. Zeker tijdens de dip-periode. Blijf uit de buurt bij mensen die verkouden of ziek zijn.
- Vermijd plekken waar veel mensen dicht bij elkaar komen. Bijvoorbeeld een concert of kroeg.
- Bespreek met uw zorgverlener of het verstandig is om bepaalde vaccinaties te halen.
- Dit zijn algemene adviezen. In uw situatie kunnen andere adviezen gelden. Bespreek dit met uw zorgverlener. Neem bij twijfel altijd contact op met uw zorgverlener.
Laatst gewijzigd: 6 mei 2025