bijwerkingen bij kanker

Patiënteninformatie over bijwerkingen van oncologische middelen met bijbehorende adviezen

Geselecteerde behandeling: chemotherapie

Inleiding

Als u hoort dat u kanker heeft, komt er veel op u en uw naasten af. Uw behandelend arts heeft met u gesproken over uw ziekte en behandeling. Tijdens de behandeling van uw arts in het Haaglanden Medisch Centrum (HMC) is de verpleegkundig specialist uw vaste aanspreekpunt.

Soorten kanker

Er bestaan veel verschillende soorten kanker. De meeste soorten kanker krijgen de naam van de plek in het lichaam, waar de kanker ontstaat, bijvoorbeeld borstkanker,  darmkanker of longkanker. 
Kanker kan zich verspreiden via het bloed of het lymfestelsel. Zo komt de kanker op andere plaatsen in het lichaam terecht. Dit noemen we uitzaaiingen of metastasen.

Behandelingen

Binnen het HMC behandelen we kanker met medicijnen. Het kan zijn dat u deze medicijnen krijgt via tabletten, een injectie of een infuus. Is er kans op genezing? Dan krijgt u een curatieve behandeling. Deze behandeling heeft het doel om u te genezen van kanker.
Kunt u niet meer genezen? Dan krijgt u een palliatieve behandeling. Deze behandeling kan de groei van de kanker remmen en kan pijn en andere ongemakken verminderen.

Soorten behandelingen met medicijnen

Chemotherapie
Chemotherapie bestaat uit medicijnen die kankercellen doden of de groei van kankercellen remmen.

Doelgerichte behandeling
Doelgerichte therapie (targeted therapy) valt de kankercellen heel precies aan. Deze medicijnen worden vaak 'remmers' genoemd, bijvoorbeeld HER2-remmers, VEGF-remmers of EGFR-remmers.

Immunotherapie
Immunotherapie gebruikt het immuunsysteem om de kankercellen aan te vallen. De behandeling maakt het immuunsysteem sterker of extra actief om de kanker te bestrijden.

Behandeling op de afdeling

De behandeling met een infuus of injectie vindt plaats op de afdeling interne oncologie van het HMC, locatie Antoniushove. Meld u zich hiervoor op de afgesproken dag en tijd bij de balie. Deze bevindt zich op de tweede etage, route groen. De oncologieverpleegkundige meet uw temperatuur, hartslag en bloeddruk. Vervolgens plaatst de verpleegkundige een infuusnaald en start de behandeling. In het geval van een injectie wordt de injectie door de verpleegkundige toegediend. Tijdens de behandeling ligt u in een bed op een één- of meerpersoonskamer. Bij een dagopname mag één van uw naasten tijdens de behandeling bij u aanwezig zijn. Als u meer dan één dag in het ziekenhuis verblijft, mag één van uw naasten ook buiten bezoektijden bij u langskomen. Voor andere bezoekers gelden de normale bezoektijden.

Eten en drinken tijdens uw behandeling
Als patiënt ontvangt u eten en drinken tijdens uw verblijf op de afdeling. Bezoekers en begeleiders ontvangen een kortingscoupon van het ziekenhuis restaurant.

Vervoersvergoeding
Vraag uw zorgverzekeraar of u in aanmerking komt voor een (taxi) vergoeding.

Gratis parkeren
Vindt uw behandeling plaats op de afdeling interne oncologie/hematologie? Dan krijgt u een uitrijkaart.
Heeft u een kuur die meer dagen duurt? Dan krijgt u alleen een uitrijkaart op de dag dat u weer naar huis gaat.
Vraag de uitrijkaart aan bij de aankomstbalie.

Informatieplein oncologie
Het Informatieplein bevindt zich in het Antoniushove ziekenhuis links van de hoofdingang aan de buitenzijde. Het biedt ondersteuning en raad aan iedereen die te maken krijgt met kanker. Vraag uw verpleegkundig specialist voor meer informatie of kijk op de website: https://www.haaglandenmc.nl/afdeling/kankerzorg-informatieplein-oncologie/

Algemene bijwerkingen

Een behandeling kan bijwerkingen geven. Het verschilt per persoon wat deze zijn. De mogelijke algemene bijwerkingen worden hieronder beschreven.

Vermoeidheid
U kunt last krijgen van vermoeidheid, concentratieverlies en geheugenproblemen.
Na de behandeling kunnen deze klachten nog langere tijd aanhouden.
Kijk voor meer informatie over vermoeidheid op: https://www.kanker.nl/soorten-behandelingen/chemotherapie/bijwerkingen/vermoeidheid

Invloed op conditie
Uit onderzoek blijkt dat het goed is om lichamelijk actief te blijven tijdens en na de chemotherapie. Door chemotherapie gaat uw fitheid (conditie) echter vaak achteruit. Houdt daarom uw conditie zo goed mogelijk op peil. Beweeg minimaal dertig minuten per dag. Maak bijvoorbeeld dagelijks een wandeling of meerdere kleine wandelingen. Het effect van bewegen is het grootst wanneer u onder begeleiding traint. Dat kunt u bijvoorbeeld doen in een revalidatieprogramma of bij een fysiotherapeut die is gespecialiseerd in kanker.
Op https://www.verwijsgidskanker.nl/ vindt u een fysiotherapeut of andere zorgverlener bij u in de buurt.

Voeding
De behandeling of de kanker zelf kan klachten geven, waardoor eten moeilijk wordt. Bijvoorbeeld omdat u misselijk bent of omdat uw smaak verandert. De behandeling kan veel energie van uw lichaam vragen. Mogelijk verliest u gewicht of wordt u zwaarder.

We geven u enkele algemene adviezen over voeding tijdens de behandeling:

  • Eet en drink geen (sap van) grapefruit, mineola, pomelo, ugli, tangelo of sevilla;
  • Gebruik geen sint-janskruid;
  • Eet bij voorkeur geen rauw vlees, rauwe vis en rauwmelkse kazen;
  • Neem geen supplementen met visolie vanaf 24 uur vóór tot en met 24 uur ná de toediening van de specifieke middelen Irinotecan, Carboplatine, Cisplatine en Oxaliplatine. Vette vis mag wel!!

Kijk voor meer voedingsadviezen op: https://www.wkof.nl/leven-met-kanker/voedingenkankerinfo/ en https://www.kanker.nl/algemene-onderwerpen/voeding/wat-kunt-u-doen/voeding-en-de-behandeling-van-kanker

Haaruitval
Sommige medicijnen veroorzaken volledige haaruitval. Adressen van haarwerkspecialisten in uw omgeving kunt u vinden op: (www.verwijsgidskanker.nl).

Tandarts
Krijgt u chemotherapie? Laat dan een tandarts uw gebit vóór de chemokuren controleren. Sommige soorten chemotherapie kunnen problemen met het gebit erger maken. Heeft u een behandeling aan uw gebit nodig? Overleg dan eerst met uw verpleegkundig specialist of behandelend arts.

Psychische en sociale gevolgen
Het kan moeilijk zijn om met kanker om te gaan. Kanker kan immers veel veranderen in uw leven, bijvoorbeeld op het werk of in relaties. Soms kunt u door lichamelijke beperkingen tijdelijk niet werken of dagelijkse dingen niet meer doen. De toekomst kan onzeker zijn. Vraag uw verpleegkundig specialist of behandelend arts voor een verwijzing naar een psycholoog, als u daar behoefte aan heeft.
Kijk voor meer informatie in de folder ‘kanker is meer dan je aankunt’
https://www.kanker.nl/sites/default/files/library_files/brochure-Als-kanker-meer-is-dan-je-aankunt.pdf.

Moeite met onthouden en concentreren
Door chemotherapie kunt u last krijgen van problemen met uw geheugen en concentratie. We noemen dit een 'chemobrein'.
Kijk voor meer informatie over moeite met denken, onthouden en concentreren op: https://www.kanker.nl/cognitieve-problemen

Invloed op seksualiteit en intimiteit
Intimiteit en seks zijn vaak niet meer hetzelfde na de diagnose en behandeling van kanker. Vraag gerust om advies aan uw verpleegkundig specialist of behandelend arts.
Kijk voor meer informatie over kanker en intimiteit op: https://www.kanker.nl/seksualiteit

Invloed op vruchtbaarheid
Voor zowel mannen als vrouwen heeft de behandeling van kanker invloed op een eventuele kinderwens en vruchtbaarheid. Meer informatie:

Kinderen
Als een ouder kanker heeft, beïnvloedt dat ook de kinderen en het gezinsleven.
Kijk voor meer informatie over kanker en uw gezin op: https://www.kanker.nl/kanker-en-je-gezin

http://www.kankerspoken.nl/biedt hulp aan kinderen die een ouder met kanker hebben.

Lange termijn gevolgen
Kijk voor alle problemen die over langere tijd kunnen voorkomen op https://www.kanker.nl/soorten-behandelingen/chemotherapie/gevolgen/langetermijngevolgen-van-chemotherapie

Autorijden
De medicijnen tegen kanker kunnen uw rijvaardigheid beïnvloeden. U mag dan meestal niet zelf naar huis rijden. Bespreek dit met uw verpleegkundig specialist of behandeld arts of kijk op: https://www.rijveiligmetmedicijnen.nl. Zorg voor vervoer op de dag van de kuur, als dat nodig is.

Nederlandse Kankerregistratie
De Nederlandse Kankerregistratie (NKR) verzamelt gegevens van iedereen in Nederland die kanker heeft.
Lees meer over de NKR op: https://www.kanker.nl/algemene-onderwerpen/cijfers-over-kanker/hoe-komen-deze-cijfers-tot-stand/registratie-van-kanker-in-nederland

Algemene informatie

De behandeling met Cisplatine en Etoposide (Chemotherapie) en Radiotherapie bestaat uit 3 kuren waarbij u vanaf kuur 2 van de chemotherapie start met radiotherapie. 

U krijgt de behandeling met chemotherapie in combinatie met radiotherapie in het ziekenhuis op de verpleegafdeling en/of op de dagbehandeling. De verpleegafdeling en dagbehandeling zijn op de 2e etage afdeling groen in het Antoniushove in Leidschendam. 

Belangrijk! Bekijk voorafgaand aan uw behandeling met chemotherapie en radiotherapie de volgende informatieve videos: 

Redenen om contact op te nemen met de verpleegkundig specialist

U krijgt de behandeling met chemotherapie in het ziekenhuis locatie Antoniushove op de verpleegafdeling en/of op de dagbehandeling. De verpleegafdeling en dagbehandeling zijn op de 2e etage afdeling groen in het Antoniushove. Deze behandeling kan bijwerkingen geven.

Tijdens de behandeling is het ziekenhuis uw eerste aanspreekpunt. Voor al uw klachten dient u in eerste instantie contact op te nemen met de verpleegkundig specialist. U kan bij de huisarts terecht voor vragen of problemen die geen verband hebben met de ziekte en/of de behandeling.

Bij de volgende klachten moet u nog dezelfde dag contact opnemen met de verpleegkundig specialist:

  • Koorts boven 38.2 °C
  • Koude rillingen
  • Een bloedneus die langer dan 30 minuten aanhoudt
  • Bloed in de ontlasting of urine
  • Bloed opgeven met hoesten
  • Blauwe plekken zonder dat u bent gevallen of zich hebt gestoten
  • Hevige menstruatie
  • Acute benauwdheid
  • Pijn bij het plassen
  • Braken: als u meerdere malen per dag (3-4 keer) braakt en de medicijnen tegen de misselijkheid niet helpen
  • Diarree: als u meerdere malen per dag (4-6 keer) waterdunne diarree hebt.

Als de volgende klachten 48 uur of langer aanhouden moet u ook contact opnemen met de verpleegkundig specialist:

  • Wanneer u niet voldoende kunt drinken, u moet minimaal 1,5 liter per dag drinken
  • Als u langer dan 48 uur geen ontlasting heeft
  • Plotselinge huiduitslag
  • Pijn in de mond, moeite en pijn bij het slikken
  • Tintelingen of dood gevoel in vingertoppen of tenen

Als u twijfelt of zich onzeker voelt over bepaalde klachten die u heeft, dan kunt u natuurlijk ook contact opnemen met de oncologieconsulenten. Buiten kantooruren neemt u contact op met de afdeling hematologie oncologie (2-Groen).

Wie belt u wanneer?

 Wanneer Wie
In levensbedreigende situaties Bel 112
Voor vragen, klachten, advies of afspraken die te maken hebben met uw longziekte en/of behandeling. Bel de polikliniek Longoncologie via 088 979 48 48. Doe dit maandag t/m vrijdag tussen 08.00-10.00 uur.

U krijgt altijd eerst een polimedewerker aan de telefoon. Kan de polimedewerker uw vraag niet beantwoorden? Of wilt u de physician assistant of verpleegkundig specialist spreken? Dan zal de polimedewerker binnen 48 uur een belafspraak voor u inplannen.

Plotselinge of nieuwe klachten die te maken hebben met uw longziekte. Denk bijvoorbeeld aan koorts, pijn of benauwdheid.

Bel de polikliniek Longoncologie via 088 979 48 48. Doe dit maandag t/m vrijdag tussen 08.00-17.00 uur.

Krijgt u deze klachten ’s avonds, ’s nachts of in het weekend? En zijn de klachten te erg om te wachten tot de volgende werkdag? Bel dan de klinische afdeling oncologie via telefoonnummer 088 979 45 10.

Bij niet urgente vragen of opmerkingen kunt u ook mailen met de poli longoncologie. 

longoncologie@haaglandenmc.nl

Bij klachten die niet te maken hebben met longkanker en de behandeling hiervan.  Bel uw huisarts.

Handige websites

Algemeen

www.kanker.nl

www.longkankernederland.nl

www.kwf.nl

www.zorginzicht.nl

www.oncokompas.nl

Werk en Kanker

www.re-turn.nl

Naasten

www.stichting-ook.nl

Informatie over hoedjes/ Sjaals

www.toupim.com

www.mooihoofd.nl

www.mutsja.nl

www.bellebonnet.nl

www.rosettelavedette.com

Voeding

www.voedingenkankerinfo.nl

www.beleefjesmaak.nl

About Herbs, Botanicals & other products (Engelse Website over voedingssuplementen icm behandeling)

Vruchtbaarheid na chemotherapie

www.kanker.nl

Vermoeidheid en revalidatie

www.tegenkracht.nl

Stichting Bewegen tegen kanker

www.i-psy.nl

Oncologische voetzorg

www.verwijsgidskanker.nl

Lotgenoten contact

www.inloophuishaaglanden.nl

www.bribos.nl

Kankerregistratie

www.cijfersoverkanker.nl/uploaded/docs/IKNL%20folder-registratie-en-kanker.pdf

Informatie voor kinderen

Voor het informeren van uw (klein)kinderen over de behandeling die u krijgt, zijn er een aantal hulpmiddelen beschikbaar. Dit zijn boekjes die te bestellen zijn via Vereniging Kinder Kanker Nederland

  • Chemo Kasper
  • Prinses Lucie en de chemoridders
  • Radio Robbie en zijn gevecht tegen de slechte kankercellen.
  • www.kankerspoken.nl

Behandelschema

3 Hoe lang duur de Kuur?

Tijdens deze behandeling krijgt u chemotherapie en radiotherapie. Chemotherapie wordt intraveneus (via een infuus naald in een vene) toegediend.

U start eerst met alleen een kuur chemotherapie. De radiotherapie wordt gegeven vanaf de 2e chemotherapie kuur. 

Toedieningstijd Carboplatine en Etoposide:

Dag 1: Carboplatin. Het toedienen van de kuur duurt ongeveer 3 uur. 

Dag 2: Etoposide. Het toedienen van de kuur duurt ongeveer 2,5 uur. 

Dag 3: Etoposide. Het toedienen van de kuur duurt ongeveer 2,5 uur. 

De kuur met Carboplatine en Etoposide wordt in principe 3 keer herhaald. Zie het schema hieronder.

(Meer informatie over besmette uitscheiding kunt u vinden onder: Veilig omgaan met excreta)

Weken
  1 2 3
Carboplatine (chemo)                                        
Etoposide (chemo)  x                                    
Anti misselijkheids Box B   x  x                                    
Besmette uitscheiding  x  x                          
Tox afspraak x x x x x x x
Weken
  4 5 6
Carboplatine (chemo)  x                                        
Etoposide (chemo)  x  x  x                                    
Radiotherapie x x x x x x x x x x x x x x x
Anti misselijkheids Box B   x  x x                                    
Besmette uitscheiding  x  x  x  x                          
Tox Afspraak x x x x x x x
Weken
  7 8 9
Carboplatine (chemo)                                        
Etoposide (chemo)  x  x  x                                    
Radiotherapie  x  x  x  x      x x      x  x    
Anti misselijkheids Box B   x  x  x
Besmette uitscheiding  x  x  x  x  x                          
Tox afspraak x x x x x x x

De CT met uitslag bij de longarts volgt 3 maanden na de laatste radiotherapie behandeling

Voetnoot behandelplan

Kankerregistratie


Het HMC registreert alle patiënten die kanker krijgen. Het doel hiervan is om inzicht te krijgen in het voorkomen van kanker in Nederland. Ook wordt er wetenschappelijk onderzoek gedaan.
Deze gegevens worden bijeengebracht in de Nederlandse Kankerregistratie die wordt verzorgd door de Integrale Kankercentra.
Medewerkers van het IKNL registreren de benodigde gegevens in de ziekenhuizen aan de hand van de medische dossiers. Zij verzamelen informatie over de ziekte, de behandeling en het verdere verloop. Ook uw naam en geboortedatum worden in de registratie opgenomen. Deze privacygevoelige gegevens worden zorgvuldig afgeschermd. Dat wil zeggen:

  • De gegevens worden in een ‘versleutelde’ vorm onherkenbaar gemaakt, zodat ze niet tot één persoon te herleiden zijn.
  • Alleen speciaal bevoegde werknemers met geheimhoudingsplicht hebben toegang tot deze gegevens.
  • Als u niet wilt dat uw gegevens worden geregistreerd, kunt u dit melden aan uw behandelend arts. Deze noteert het bezwaar in uw dossier en zorgt ervoor dat uw gegevens niet worden geregistreerd. Wilt u meer weten over de kankerregistratie? Vraag dan de folder ‘Registratie van kanker: informatie voor patiënten’ of kijk op de site: http://www.cijfersoverkanker.nl/uploaded/docs/IKNL%20folder-registratie-en-kanker.pdf voor meer informatie.

Extra info veilig omgaan met excreta

Wanneer u met een chemokuur of een ander middel wordt behandeld, dan zullen de chemische stoffen uit de medicijnen via excreta uit uw lichaam verdwijnen. Excreta is een medische term voor alles wat het lichaam uitscheidt: urine, ontlasting, wondvocht, bloed, traanvocht, transpiratie, sperma, braaksel en speeksel. Dit wordt ook wel uitscheidingsproducten genoemd.

Direct (huid)contact van met name middelen uit een chemokuur in uitscheidingsproducten kan schadelijk zijn voor uw gezondheid. En voor de gezondheid van uw naasten. De chemische stoffen blijven een aantal dagen na de kuur schadelijk. Het verschilt per middel hoe lang dit is. Het kan variëren van 1 dag tot 7 dagen.

De risico's zijn voor u en uw omgeving klein, omdat u thuis slechts gedurende korte tijd in aanraking komt met cytostatica. Toch is het goed om een aantal maatregelen te nemen. Zo kunt u de risico's tot een minimum beperken.

Lees hier meer over adviezen voor patiënten die behandeld worden met chemotherapie

Beschermende maatregelen ten aanzien van excreta

  • Carboplatine: 4 dagen
  • Etoposide: 5 dagen

Bijwerkingen en adviezen

Dunner haar of haaruitval

Dunner wordend haar of haaruitval (ook wel alopecia genoemd) is de meest zichtbare bijwerking van chemotherapie. Hoe komt het dat haar volledig of in mindere mate uitvalt? Kankercellen hebben de eigenschap om zich snel te delen. Het doel van chemotherapie is om de snel delende cellen te vernietigen of de groei ervan te vertragen. Daarbij treft de chemotherapie ook gezonde cellen die zich snel delen, zoals de cellen die in onze haarzakjes voor de haargroei zorgen. Met als gevolg: complete haaruitval of dunner wordend haar.

Behalve hoofdhaar kunnen ook wenkbrauwen, wimpers, oksel-, lichaams- en schaamharen uitvallen. Uw hoofdhuid kan gevoelig of pijnlijk aanvoelen. Haaruitval begint meestal enkele weken na toediening van medicijnen.

De haaruitval die door de behandeling veroorzaakt wordt, is meestal tijdelijk. Het haar begint binnen enkele weken tot maanden na het stoppen van de behandeling weer te groeien. Wanneer uw haar weer aangroeit, kan het anders zijn dan uw oorspronkelijke haar was, zoals: de kleur, het haar kan sluiker zijn of juist meer krullen hebben. Meestal is dit tijdelijk. In enkele uitzonderlijke gevallen is de haaruitval blijvend.

Uw arts kan u informeren over de mate van haarverlies uw behandeling mogelijk veroorzaakt. Ook kunt u informeren of hoofdhuidkoeling mogelijk is om haaruitval zoveel mogelijk te beperken.

Advies

uitvallen van veel haar tegelijk vinden de meeste mensen heel vervelend; u kunt van te voren alvast uw haar kort knippen 

  • als uw haar is uitgevallen, kunt u een pruik dragen
  • een haarwerkspecialist kan u helpen bij het kiezen van een haarstukje of pruik
  • vraag om advies voordat uw haar dunner wordt, dan is goed te zien welke coupe en kleur u gewend bent
  • uw eigen kapper en de verpleegkundigen zullen u informeren over adressen van haarwerkspecialisten
  • synthetische pruiken zijn vaak net zo mooi als pruiken van echt haar. Ze zijn bovendien lichter van gewicht, makkelijker in onderhoud en goedkoper. Laat u in ieder geval goed voorlichten.
  • (een deel van) de kosten voor een pruik of haarstukje wordt vergoed door uw ziektekostenverzekeraar. Informeer ernaar voordat u iets koopt.
  • wilt u geen pruik dragen? Een goed alternatief is een pet, sjaal of muts.
  • tegenwoordig kan tijdens de behandeling in het ziekenhuis hoofdhuidkoeling worden gegeven, om haaruitval zoveel mogelijk tegen te gaan. Informeer naar de mogelijkheden binnen uw ziekenhuis.
  • zie ook de website http://www.lookgoodfeelbetter.nl/www.geefhaareenkans.nl/ en www.hoofdhuidkoeling.nl (hoofdhuidkoeling wordt niet geadviseerd bij mensen met hematologische kanker of overgevoeligheid voor kou)

Gevolgen voor vruchtbaarheid en ongeboren kind

Vrouwen mogen tijdens de behandeling en ook in een bepaalde periode daarna meestal niet zwanger worden. Er kunnen gevaren zijn voor het ongeboren kind.

Bij mannen is niet altijd goed bekend wat de gevolgen zijn als tijdens (en in een periode na) de behandeling een zwangerschap ontstaat.

Ook kan de behandeling van kanker ervoor zorgen dat u (later) minder vruchtbaar bent. Dit hangt af van het soort medicijnen, de combinatie van medicijnen, de dosering, de soort kanker en uw leeftijd.

Advies

Bespreek voor u begint met de behandeling wat dit in uw situatie betekent. Of en hoelang u maatregelen moet nemen om een zwangerschap te voorkomen. En wat de gevolgen kunnen zijn voor kinderwens in de toekomst.

Is er een kinderwens? Bespreek dan met uw behandelend arts de mogelijkheid van invriezen van sperma of eicellen vóór het starten van de behandeling.

Grieperig voelen

Door de behandeling kunt u een grieperig gevoel krijgen. Klachten hierbij kunnen zijn:

  • algehele malaise
  • koorts
  • hoofdpijn
  • verminderde eetlust

Het grieperig gevoel is meestal van korte duur. Het begint enige uren na de toediening van de medicijnen, houdt 1 tot 2 dagen aan en verdwijnt meestal weer spontaan.

Advies
  • neem de temperatuur op wanneer u zich niet goed voelt of last heeft van koude rillingen. Heeft u een temperatuur van 38,5 ºC of meer? Neem dan contact op met uw behandelend arts. Misschien heeft u dan een bijkomende infectie.
  • nemen de griepverschijnselen in de dagen na de behandeling niet af of wordt het zelfs erger? Neem dan contact op met uw behandelend arts.

Huidproblemen

Door de behandeling kan de huid geïrriteerd raken.

huidverkleuring

Door de behandeling kan uw huid en/of nagels verkleuren. Klachten bij verkleuring kunnen zijn:

  • tijdens de behandeling kan de huid vaal geel zijn. Dat verdwijnt als de behandeling is gestopt
  • bij een lichte huid kunnen donkere vlekjes ontstaan door extra pigment in de huid
  • bij een donkere huid kunnen lichte vlekken in de huid ontstaan door het verdwijnen van pigment
  • donkere verkleuring van de bloedvaten waar het infuus in heeft gezeten
  • donkerder worden van de handlijnen en nagels
  • gemakkelijk scheuren of afbrokkelen van de nagels en in een enkel geval zelfs volledig uitvallen
  • dwarse strepen op de nagels
  • blauwachtige verkleuring van de huid/lippen door te weinig zuurstof in het bloed
Advies
  • probeer felle zon te vermijden
  • gebruik altijd een zonnebrandcrème met een hoge beschermingsfactor (30 of hoger)
  • om de vlekken te verbergen kan er in overleg met de dermatoloog camouflerende crème worden gebruikt
  • houd uw nagels kort
  • gebruik geen acetonhoudende nagellakremover
  • het gebruik van speciale nagelverhardende lak kan goed helpen
  • kringen onder de ogen, vlekken, huidverkleuringen en kleine littekens kunt u verhelpen met een camouflagestick; kies een kleur die het dichtst bij uw eigen huidskleur ligt.

Leverproblemen

Door de behandeling kan de leverfunctie verstoord raken. Stoornissen van de leverfunctie zijn vaak te zien aan afwijkingen in het bloed. Daar zult u in eerste instantie niet veel van merken. Pas bij ernstige leverfunctiestoornissen kunt u klachten krijgen als vermoeidheid, complete malaise of het geel worden van de huid of ogen (geelzucht).

Als er leverfunctiestoornissen optreden, kunnen die het verloop van de behandeling veranderen. U krijgt bijvoorbeeld een lagere dosis toegediend of de behandelend arts schrijft een ander middel voor.

Advies
  • Heeft u klachten die (kunnen) wijzen op ernstige leverfunctiestoornissen, meldt dit dan aan uw behandelend arts.

Maag-darmklachten

Door de behandeling kunt u last krijgen van maag-darmklachten. Dit zijn klachten die te maken hebben met het spijsverteringskanaal. Deze loopt van de mond tot en met de anus. Klachten kunnen zijn: een ander ontlastingspatroon, maag- of buikpijn, opgeblazen gevoel of winderigheid.

misselijk zijn en overgeven

Door de behandeling kunt u last krijgen van misselijkheid en overgeven.

U kunt de volgende klachten krijgen:

  • kokhalzen en overgeven
  • weinig of geen eetlust
  • maagklachten, zoals een vol gevoel of pijn
  • buikpijn of -krampen, opgezette buik, rommelingen in de buik
  • dorst

Medicijnen kunnen misselijkheid en overgeven verminderen of voorkomen. Het is belangrijk dat u de medicijnen altijd inneemt zoals u met uw behandelend arts hebt besproken. Houdt u aan de vaste tijden om de medicijnen in te nemen, ook als u niet misselijk bent.

Advies
  • gebruik vaker een kleine maaltijd. Probeer een lege maag te vermijden door regelmatig een kleinigheidje te eten, zoals een cracker of beschuit of een schaaltje yoghurt
  • ochtendmisselijkheid vermindert soms na het eten van een toastje of beschuit voor het opstaan. Leg in de avond bijvoorbeeld een pakje toastjes klaar naast het bed of een pakje met soepstengels en smeerkaas
  • pas de maaltijden aan, neem geen producten die de misselijkheid vergroten
  • drink veel, tenminste 1,5 liter per dag. Dit zijn 14 kopjes of 12 bekers per dag
  • door op iets te zuigen, gaan de speekselklieren werken. Dit voorkomt een droge mond en een vieze smaak in de mond. Denk aan (suikervrije) zuurtjes, ijsklontje, waterijsje, zachte stukjes fruit en dropjes
  • probeer of het drinken van koolzuurhoudende dranken helpt. De koolzuur kan helpen om overtollige lucht uit de maag op te boeren en zo een vol gevoel te verlichten. Neem de koolzuurhoudende drank niet te koud, dit kan weer maagklachten geven
  • zorg voor een rustige omgeving en frisse lucht. Drukte en nare luchtjes kunnen de misselijkheid verergeren. Maak, wanneer mogelijk, een korte wandeling buiten. Dit kan helpen om de misselijkheid te verminderen en het eten na een maaltijd te laten zaken. Blijf uit de keuken waar net eten is klaargemaakt en ventileer uw woning goed
  • probeer gerechten die koud of op kamertemperatuur zijn, deze worden vaak beter verdragen. Laat warme voedingsmiddelen en dranken afkoelen tot ze lauwwarm zijn
  • neem een goede houding aan. Ga wanneer mogelijk rechtop zitten tijdens de maaltijd of probeer met het bovenste deel van het lichaam rechtop te zitten Ga niet meteen na de maaltijd weer liggen. Blijf tot een half uur na de maaltijd rechtop zitten. De maaltijd kan zo beter zakken en dat beperkt de misselijkheid

Meer informatie over voeding en kanker

Het is raadzaam om contact op te nemen met uw behandelend arts bij de volgende klachten:

  • ernstig en aanhoudend overgeven gedurende 24 uur of langer
  • als u niet voldoende kunt drinken, minder dan 1½ liter per dag (dat zijn 12 kopjes of 10 bekers)
  • als u tekenen van uitdroging vertoont; dit merkt u aan een droge mond, droge huid, weinig of niet meer kunnen plassen en een donkere kleur urine.

U kunt bij uw arts vragen naar een doorverwijzing naar een diëtist. 
Voor diëtisten bij u in de buurt, raadpleeg hier de Verwijsgids Kanker.

buikpijn

Door de behandeling kunt u pijn in de buik krijgen. Dat kan van de maagstreek tot in de onderbuik zijn. 

minder zin in eten

Uw behandeling kan ervoor zorgen dat u minder zin in eten hebt.  Meestal is dit tijdelijk. Als u (teveel) afvalt binnen korte tijd, dan heeft dat een negatief effect op de algemene gezondheidstoestand. In een goede voedingstoestand kunt u de behandeling doorgaans beter aan en heeft u minder kans op complicaties.  

Om uw gewicht en conditie op peil te houden, moet u voldoende energie (calorieën), eiwitten, vocht en voedingsstoffen zoals vitamines en mineralen binnen krijgen.  

Advies

Controleer uw gewicht. Door uzelf regelmatig te wegen, bijvoorbeeld één keer per week, kunt u bijhouden of u afvalt.

Tips om de eetlust weer op te wekken:

  • probeer eens andere eetwaren uit of maak het eten eens op een andere manier klaar
  • als u geen zin heeft om te koken, vraag dan iemand anders om dat te doen 
  • beweeg regelmatig en ga regelmatig een frisse neus halen
  • zorg dat u altijd een tussendoortje op zak heeft als u ergens naar toe gaat
  • neem de maaltijden in een rustige en aangename omgeving
  • vergeet ook hapjes en drankjes niet zoals vruchtensap, schijfjes appel, kauwgom, bouillon enz.
  • drink niet vlak voor de maaltijd anders neemt de eetlust af. Maar drink wel veel tijdens de maaltijd. Kauw goed op elke hap (met de mond dicht zodat er geen extra lucht bijkomt)

U kunt bij uw arts vragen naar een doorverwijzing naar een diëtist. 
Voor diëtisten bij u in de buurt, raadpleeg hier de Verwijsgids Kanker.

Meer informatie over voeding en kanker

verstopping

Door uw behandeling kunt u last krijgen van verstopping (obstipatie).
Bij verstopping komt de ontlasting minder dan 3 keer per week. U kunt de volgende klachten hebben:

  • harde en droge ontlasting
  • persen bij stoelgang
  • opgezette buik
  • buikpijn/darmkrampen
  • verminderde eetlust door een vol gevoel
Advies
  • zorg dat u voldoende drinkt, minstens 2 liter per dag, dit zijn 16 kopjes of 14 bekers per dag
  • eet veel vezels. Vezels zitten in volkoren producten, fruit en groenten.
  • raadpleeg eventueel een diëtist voor advies
  • probeer zoveel mogelijk te bewegen 
  • zo nodig kan uw behandelend arts medicijnen voorschrijven om de stoelgang te bevorderen

Neem bij de volgende klachten contact op met uw behandelend arts:

  • als u langer dan 2 dagen geen ontlasting heeft gehad
  • als u hevige buikkrampen heeft

Minder bloedcellen

In het beenmerg worden nieuwe bloedcellen aangemaakt. Door de behandeling kan de aanmaak van nieuwe bloedcellen door het beenmerg verminderen. Dan treedt een tekort aan verschillende bloedcellen op. Meestal merkt u daar weinig of niets van, maar het is wel belangrijk te weten op welke signalen of veranderingen u moet letten.

bloedarmoede

Bloedarmoede is een tekort aan rode bloedcellen. Een ander woord hiervoor is anemie.

Klachten kunnen zijn:

  • kortademigheid en vermoeidheid, zelfs als u maar heel weinig hebt gedaan
  • het zwart voor de ogen zien bij opstaan uit bed of stoel
  • bleekheid, lusteloosheid
  • duizeligheid, hoofdpijn
  • niet goed kunnen slapen
  • niet goed kunnen concentreren
  • hartklachten of hartkloppingen
  • koud gevoel, transpireren
Advies

U kunt hier zelf niets aan doen. Deze vorm van bloedarmoede (die ontstaat door de behandeling van kanker) is niet te behandelen door anders te gaan eten dan u gewend bent. Daarom is het raadzaam om bij bovengenoemde klachten contact op te nemen met uw behandelend arts.

tekort aan bloedplaatjes

Door de behandeling kan er een tekort aan bloedplaatjes in het bloed ontstaan. Dit heet trombocytopenie. Bloedplaatjes (een ander woord is trombocyten) spelen een belangrijke rol bij de bloedstolling. Door een daling van het aantal bloedplaatjes is het bloed dunner en stolt het minder snel.

Klachten kunnen zijn:

  • sneller een bloedneus krijgen
  • blauwe plekken
  • bloed bij plassen
  • bloed bij hoesten
  • bloedend tandvlees
  • puntvormige bloedinkjes in de huid
  • bloed bij braken
  • bloed in de ontlasting
  • bij vrouwen kan de menstruatie anders zijn
  • heel soms spontane bloedingen
Advies

Heeft u last van één of meer van bovengenoemde klachten, neem dan contact op met de behandelend arts.

Wat kunt u zelf doen:

  • pas op met stoten (blauwe plekken) en krab geen wondjes open
  • als u een wondje heeft, druk dit dan een tijdje stevig dicht (bijv. met een steriel gaasje)
  • gebruik geen scherpe voorwerpen (elektrisch scheren is beter dan met een mesje)
  • probeer de ontlasting soepel te houden door veel te drinken. Veel betekent dat u per dag 1½ tot 2 liter moet drinken; dit zijn 16 kopjes of 14 bekers per dag 
  • gebruik bij het tandenpoetsen een zachte borstel
  • neem de temperatuur op onder de arm of met een oorthermometer (en niet via de anus)

tekort aan witte bloedcellen

Door de behandeling kan er een tekort aan witte bloedcellen in uw bloed optreden. Een ander woord voor witte bloedcellen is leukocyten. Witte bloedcellen zorgen voor afweer tegen infecties. Heeft u te weinig witte bloedcellen, dan krijgt u eerder infecties. Ook verlopen de infecties heftiger dan normaal. 

Heeft u een infectie, dan kunt u verschillende klachten krijgen:

  • een lichaamstemperatuur van 38,5 ºC of hoger, soms met koude rillingen
  • slijm ophoesten
  • pijn bij het plassen
  • troebele urine
  • vaker plassen
  • pijnlijke plekken in de mond of pijn bij het slikken
  • buikpijn
  • diarree

Welke klachten u krijgt, hangt af van de plaats van de infectie.

Advies

Er is wel een aantal maatregelen dat u kunt nemen om de kans op infecties in een dipperiode zoveel mogelijk tegen te gaan.

  • als u een van bovengenoemde klachten heeft, meet dan uw temperatuur
  • als u een van bovengenoemde klachten heeft en/of een temperatuur van 38,5 °C of hoger, neem dan contact op met uw behandelend arts
  • zorg voor een goede lichaamshygiëne (ga een keertje vaker onder de douche of in bad)
  • controleer eventuele wondjes op ontstekingsverschijnselen: roodheid, warmte, zwelling en pijn
  • een goede mondverzorging is belangrijk
  • probeer uzelf te beschermen tegen infecties van buitenaf; ga mensen die verkouden zijn of griep hebben zo veel mogelijk uit de weg
  • mijd plaatsen waar veel mensen bij elkaar zijn, zoals het openbaar vervoer, winkels, voetbalstadia en kerken
  • uw voeding kan ook een infectiebron zijn, houd hier rekening mee bij wat u eet

Moe zijn

Tijdens de behandeling van kanker, kunt u zich erg moe voelen. Dit kan ook nog na de behandeling voorkomen. Moe zijn wordt veroorzaakt door de kanker zelf en/of door de bijwerkingen van de behandeling. Doordat u moe bent, lukt het niet meer om dagelijkse activiteiten, zoals bewegen, werk of hobby’s goed te kunnen doen. De klachten worden ook niet minder door rust en/of slaap. Na een activiteit heeft u meer of langer rust nodig. Het lukt niet goed meer om de dingen te doen die u graag wilt of moet doen.

De volgende klachten kunnen optreden:

  • Weinig/geen energie hebben
  • Nergens zin in hebben
  • Prikkelbaar zijn
  • Meer willen slapen en/of meer moeite hebben met slapen
  • Last van stemmingswisselingen
  • Als u beweegt, bent u snel moe
  • Geheugen- en concentratieproblemen
  • Minder belangstelling hebben voor de omgeving

Deze klachten kunnen ook na de behandeling nog lang blijven duren. Soms een paar maanden, soms zelfs jaren. Hieronder vindt u adviezen over hoe u kunt omgaan met deze klachten.

Advies
  • Meld uw klachten aan uw behandelaar. Uw behandelaar kan uw klachten met u bespreken en samen met u bekijken wat er mogelijk is. Bij sommige klachten kan de arts u doorverwijzen voor een behandeling met cognitieve gedragstherapie (CGT). Bij deze vorm van therapie leert u hoe u beter met de klachten kan omgaan.
  • Zorg dat u voldoende beweegt. Regelmatig bewegen, zoals wandelen of yoga, zorgt ervoor dat u zich minder moe voelt. Een (oncologisch) fysiotherapeut kan u hierbij helpen.
  • Eet gezond en veel eiwitten. Een diëtist kan u hierbij helpen.
  • Stel grenzen. Bepaal zelf waaraan u uw energie wil besteden.
  • Zoek balans en wissel momenten van inspanning en ontspanning/rust met elkaar af. Plan niet te veel activiteiten op één dag. En wissel dingen die u moet doen af met dingen waar u energie van krijgt. Zorg ook voor een goede verdeling van mentale, sociale en lichamelijke activiteiten over de dag en de week.
  • Probeer op vaste tijden naar bed te gaan en op te staan. Ook zijn er andere adviezen die ervoor kunnen zorgen dat u beter kunt slapen. Bijvoorbeeld door vlak voor het slapen niet meer naar fel licht van een tv of mobiel te kijken. Meer adviezen kunt u hier vinden. 
  • Vraag familie, vrienden en kennissen om te helpen met dingen die u te vermoeiend vindt om te doen.

Kijk in de Verwijsgids Kanker welke zorgverleners bij u in de buurt u kunnen helpen met moe zijn.

Voor het laatst gewijzigd: 6 december 2023