bijwerkingen bij kanker

Patiënteninformatie over bijwerkingen van oncologische middelen met bijbehorende adviezen

Geselecteerde behandeling: doelgerichte therapie

Algemene informatie

Deze behandeling wordt in principe op de dagbehandeling gegeven. 

U kunt hier meer informatie vinden over onze afdeling Medische Oncologie.

Het is mogelijk dat u thuis klachten krijgt van de behandeling. Doet zich iets ongewoons voor dat u niet vertrouwt, aarzel dan niet om contact op te nemen. Klik voor wanneer en hoe contact opnemen hier
 
Wij verzoeken u om vragen over recepten, poliafspraken, verzetten van afspraken of vragen die niet direct beantwoord hoeven te worden te stellen via mijnRadboud.

Behandelschema

Deze kuur bestaat uit het middel cetuximab. Daarnaast kunnen nog enkele andere medicijnen voorgeschreven worden. Deze dienen als ondersteuning van de behandeling, bijvoorbeeld om bijwerkingen te beperken.

Dag 2 t/m 14   Wijze van toediening
 Cetuximab

rust

infuus

U krijgt een 2-wekelijkse behandeling waarbij u voorafgaand aan dag 1 een controle heeft met bloedprikken. Of de kuur door gaat is afhankelijk van hoe u zich voelt en of de bloeduitslagen goed zijn.

Na 8-12 weken zal er een evaluatie plaatsvinden middels beeldvorming.

Voetnoot behandelplan

Op dag één start u met het medicijn Doxycycline, om huiduitslag ten gevolge van het middel cetuximab zoveel mogelijk tegen te gaan. Dit medicijn slikt u elke dag tot aan het einde van de behandeling.

Extra info veilig omgaan met excreta

Wanneer u met een chemokuur of een ander middel wordt behandeld, dan zullen de chemische stoffen uit de medicijnen via excreta uit uw lichaam verdwijnen. Excreta is een medische term voor alles wat het lichaam uitscheidt: urine, ontlasting, wondvocht, bloed, traanvocht, transpiratie, sperma, braaksel en speeksel. Dit wordt ook wel uitscheidingsproducten genoemd.

Direct (huid)contact van met name middelen uit een chemokuur in uitscheidingsproducten kan schadelijk zijn voor uw gezondheid. En voor de gezondheid van uw naasten. De chemische stoffen blijven een aantal dagen na de kuur schadelijk. Het verschilt per middel hoe lang dit is. Het kan variëren van 1 dag tot 7 dagen.

De risico's zijn voor u en uw omgeving klein, omdat u thuis slechts gedurende korte tijd in aanraking komt met cytostatica. Toch is het goed om een aantal maatregelen te nemen. Zo kunt u de risico's tot een minimum beperken.

Lees hier meer over adviezen voor patiënten die behandeld worden met chemotherapie

Beschermende maatregelen ten aanzien van excreta

  • Cetuximab: geen risico

Bijwerkingen en adviezen

Benauwd zijn

Bij benauwdheid heeft u het vervelende en vooral angstige gevoel dat u niet of onvoldoende kunt ademhalen. Dit wordt ook wel dyspneu genoemd.

Advies

Neem contact op met uw behandelend arts bij een van de volgende klachten:

  • plotseling optredende kortademigheid
  • een gevoel van benauwdheid
  • een snelle ademhaling die u niet kunt corrigeren
  • koorts

Huidproblemen

Door de behandeling kan de huid geïrriteerd raken.

droge huid

Door de behandeling kan de huid droog en/of schilferig worden. De huid is kwetsbaar, omdat de aanmaak van huidcellen door de behandeling wordt verminderd.

U kunt de volgende klachten krijgen:

  • droge en/of schilferige huid
  • overgevoeligheid voor zonlicht
  • roodheid
  • jeuk
Advies

Advies huid:

  • gebruik bij voorkeur geen zeep tijdens het douchen of baden
  • gebruik bij voorkeur lauwwarm water.
  • gebruik een beetje amandelolie in het badwater om uw huid soepel te houden. Soms is een medicinale badolie nodig. Uw behandelend arts kan u hierover informeren. 
  • vermijd producten op alcoholbasis
  • gebruik alcoholvrije, verzachtende en vochtinbrengende crème 
  • probeer felle zon te vermijden
  • gebruik altijd een zonnebrandcrème met een hoge beschermingsfactor (20 of hoger)
  • gebruik tegen de jeuk een koelzalf of mentholpoeder.

jeuk

De behandeling kan jeuk geven. Heeft u ergens jeuk, dan heeft u de drang geeft om te krabben of te wrijven. Klachten door jeuk kunnen zijn:

  • roodheid
  • uitslag van de huid
  • onrustig gevoel
  • slecht slapen
Advies
  • probeer niet te krabben; concentreert u zich op iets anders
  • knip uw nagels in elk geval heel kort en houdt ze schoon
  • jeuk wordt soms erger door warmte of door contact met kleding of beddengoed; probeer hier rekening mee te houden
  • verzachtende en beschermende crèmes en zalven bevatten geen werkzame bestanddelen, maar ze houden de huid wel soepel en voorkomen verdere uitdroging van de huid. Klachten als jeuk, schilfering, kloven en branderige plekken verminderen door deze middelen. Ze zijn zonder recept verkrijgbaar
  • voorbeelden voor een niet al te droge huid: lanettecrème en cetomacrogolcrème
  • voorbeelden voor een erg droge huid: vaseline lanettecrème en vaseline cetomacrogolcrème
  • mentholgel kan een verkoelend effect geven op de huid

puistjes

U kunt door de behandeling last krijgen van puistjes. Dit kunt u vrij snel na het starten van de behandeling krijgen. De puistjes lijken op acné, maar is geen acné. De puistjes komen vooral voor in het gezicht, op de borst, de rug en de ledematen. Na de puistjes kunnen er bruine vlekjes ontstaan: pigmentvlekjes. De kans hierop wordt vergroot door blootstelling aan zonlicht.

Het is belangrijk de puistjes op tijd te behandelen met speciale zalf om infecties te voorkomen. Deze puistjes mogen niet behandeld worden met anti-acné middelen.

Advies

Neem bij het ontstaan van de puistjes direct contact op met uw behandelend arts of verpleegkundige.

Wat kunt u zelf doen?

  • laat uw huid zoveel mogelijk met rust, probeer niet te krabben
  • was uw huid met lauw water en gebruik geen zeep
  • gebruik een pH-neutrale wasemulsie
  • dep de huid voorzichtig droog
  • vermijd felle zon en het gebruik van de zonnebank. Gebruik bij zonnig weer een zonnebrandcrème met beschermingsfactor 30 of hoger als u lang in de zon verblijft
  • draag zoveel mogelijk katoen; dit irriteert de huid minder dan synthetische stoffen

Maag-darmklachten

Door de behandeling kunt u last krijgen van maag-darmklachten. Dit zijn klachten die te maken hebben met het spijsverteringskanaal. Deze loopt van de mond tot en met de anus. Klachten kunnen zijn: een ander ontlastingspatroon, maag- of buikpijn, opgeblazen gevoel of winderigheid.

minder zin in eten

Uw behandeling kan ervoor zorgen dat u minder zin in eten hebt.  Meestal is dit tijdelijk. Als u (teveel) afvalt binnen korte tijd, dan heeft dat een negatief effect op de algemene gezondheidstoestand. In een goede voedingstoestand kunt u de behandeling doorgaans beter aan en heeft u minder kans op complicaties.  

Om uw gewicht en conditie op peil te houden, moet u voldoende energie (calorieën), eiwitten, vocht en voedingsstoffen zoals vitamines en mineralen binnen krijgen.  

Advies

Controleer uw gewicht. Door uzelf regelmatig te wegen, bijvoorbeeld één keer per week, kunt u bijhouden of u afvalt.

Tips om de eetlust weer op te wekken:

  • probeer eens andere eetwaren uit of maak het eten eens op een andere manier klaar
  • als u geen zin heeft om te koken, vraag dan iemand anders om dat te doen 
  • beweeg regelmatig en ga regelmatig een frisse neus halen
  • zorg dat u altijd een tussendoortje op zak heeft als u ergens naar toe gaat
  • neem de maaltijden in een rustige en aangename omgeving
  • vergeet ook hapjes en drankjes niet zoals vruchtensap, schijfjes appel, kauwgom, bouillon enz.
  • drink niet vlak voor de maaltijd anders neemt de eetlust af. Maar drink wel veel tijdens de maaltijd. Kauw goed op elke hap (met de mond dicht zodat er geen extra lucht bijkomt)

U kunt bij uw arts vragen naar een doorverwijzing naar een diëtist. 
Voor diëtisten bij u in de buurt, raadpleeg hier de Verwijsgids Kanker.

Meer informatie over voeding en kanker

Meer lichaamshaar dan normaal

Door de behandeling kan er een verandering optreden in de lichaamsbeharing. U kunt meer lichaamsbeharing krijgen dan normaal. Bij vrouwen bijvoorbeeld ook op de borst, bovenlip en kin.

Advies
  • vraag uw behandelend arts om advies of behandeling.

Moe zijn

Tijdens de behandeling van kanker, kunt u zich erg moe voelen. Dit kan ook nog na de behandeling voorkomen. Moe zijn wordt veroorzaakt door de kanker zelf en/of door de bijwerkingen van de behandeling. Doordat u moe bent, lukt het niet meer om dagelijkse activiteiten, zoals bewegen, werk of hobby’s goed te kunnen doen. De klachten worden ook niet minder door rust en/of slaap. Na een activiteit heeft u meer of langer rust nodig. Het lukt niet goed meer om de dingen te doen die u graag wilt of moet doen.

De volgende klachten kunnen optreden:

  • Weinig/geen energie hebben
  • Nergens zin in hebben
  • Prikkelbaar zijn
  • Meer willen slapen en/of meer moeite hebben met slapen
  • Last van stemmingswisselingen
  • Als u beweegt, bent u snel moe
  • Geheugen- en concentratieproblemen
  • Minder belangstelling hebben voor de omgeving

Deze klachten kunnen ook na de behandeling nog lang blijven duren. Soms een paar maanden, soms zelfs jaren. Hieronder vindt u adviezen over hoe u kunt omgaan met deze klachten.

Advies
  • Meld uw klachten aan uw behandelaar. Uw behandelaar kan uw klachten met u bespreken en samen met u bekijken wat er mogelijk is. Bij sommige klachten kan de arts u doorverwijzen voor een behandeling met cognitieve gedragstherapie (CGT). Bij deze vorm van therapie leert u hoe u beter met de klachten kan omgaan.
  • Zorg dat u voldoende beweegt. Regelmatig bewegen, zoals wandelen of yoga, zorgt ervoor dat u zich minder moe voelt. Een (oncologisch) fysiotherapeut kan u hierbij helpen.
  • Eet gezond en veel eiwitten. Een diëtist kan u hierbij helpen.
  • Stel grenzen. Bepaal zelf waaraan u uw energie wil besteden.
  • Zoek balans en wissel momenten van inspanning en ontspanning/rust met elkaar af. Plan niet te veel activiteiten op één dag. En wissel dingen die u moet doen af met dingen waar u energie van krijgt. Zorg ook voor een goede verdeling van mentale, sociale en lichamelijke activiteiten over de dag en de week.
  • Probeer op vaste tijden naar bed te gaan en op te staan. Ook zijn er andere adviezen die ervoor kunnen zorgen dat u beter kunt slapen. Bijvoorbeeld door vlak voor het slapen niet meer naar fel licht van een tv of mobiel te kijken. Meer adviezen kunt u hier vinden. 
  • Vraag familie, vrienden en kennissen om te helpen met dingen die u te vermoeiend vindt om te doen.

Kijk in de Verwijsgids Kanker welke zorgverleners bij u in de buurt u kunnen helpen met moe zijn.

Voor het laatst gewijzigd: 6 december 2023

Nagelveranderingen

De behandeling kan effect hebben op uw nagels. Klachten treden meestal een paar weken na het starten van de behandeling op. Uw nagels kunnen:

  • minder hard groeien
  • witte lijnen krijgen
  • droger, brozer en/of zachter worden
  • verkleuren
  • splijten, breken en/of loslaten

De veranderingen aan de nagels ontstaan heel geleidelijk en verdwijnen meestal ook weer langzaam na de behandeling.

Een vervelende en pijnlijke bijwerking is een nagelriemontsteking. Uw vinger of teen is dan rood, pijnlijk en vaak ook warm en gezwollen, soms met pus gevuld.

Meld deze klacht meteen aan uw behandelend arts of oncologieverpleegkundige. Dat kan verergering voorkomen. Een verwaarloosde nagelriemontsteking kan leiden tot bloedvergiftiging. 

Advies
  • knip nagels niet te kort.
  • knip de nagels recht af.
  • vijl 1 richting op, niet heen-en-weer. De kans op scheurtjes is dan kleiner.
  • gebruik een vijl of nagelschaar om gebroken of gescheurde nagels glad te krijgen. Scheur ze niet verder af.
  • u kunt uw nagels gewoon lakken. Bij broze nagels kunt u een nagelversterker gebruiken.
  • gebruik liever geen kunstnagels. Ze kunnen uw nagels beschadigen. Bovendien is de lijm en remover die u nodig heeft, niet goed voor uw nagels.
  • smeer nagelriemen in met antiseptische crèmes.
  • als u veel problemen met de nagels heeft, overleg dan met uw behandelende arts over het inschakelen van een manicure en/of pedicure
  • vind in de Verwijsgids Kanker een oncologisch voetverzorger in de buurt 
  • vind in de Verwijsgids Kanker een oncologisch handzorgverlener in de buurt

Infuusreacties

Krijgt u een infuus met medicijnen, dan kunt u daar allergische reacties op krijgen. Deze heten infuusreacties. Vaak krijgt u deze bij de eerste kuren, maar ze kunnen ook bij latere kuren optreden.

De meeste reacties treden meestal binnen 2 uur na toediening van het infuus op.  U heeft kans op:

  • piepende ademhaling
  • benauwdheid
  • opzwelling van het gezicht
  • blozen
  • verhoogde of verlaagde bloeddruk
  • koorts
  • huiduitslag
  • maagdarmklachten

Infuusreacties komen vaak voor bij immunotherapie (bij de zogenoemde monoklonale antilichamen) en kunnen mild tot zeer ernstig van aard zijn.

Advies

U kunt zelf niets doen. In het ziekenhuis krijgt u vaak medicijnen om de reacties zoveel mogelijk te beperken (zoals paracetamol of een middel tegen misselijkheid).

Pijnlijke mond

Als gevolg van de behandeling kan het mondslijmvlies beschadigd raken. Er ontstaat een ontstekingsreactie in de mond: ook wel orale mucositis genoemd. Hierdoor ontstaan geïrriteerde en/of kapotte mondslijmvliezen. Dit geeft diverse klachten en verhoogt de kans op infecties.

Klachten waaraan u dat merkt, zijn:

  • droge mond
  • brandend gevoel in mond of keel
  • brandende tong
  • pijnlijke lippen
  • gevoeligheid voor de temperatuur van eten en drinken
  • gevoeligheid bij het eten of drinken van zure of gekruide spijzen en dranken
  • snel bloedend tandvlees, tandpijn
  • slechte adem
  • kans op tandbederf
  • zweertjes
  • slikproblemen
  • roodheid
Advies
  • overweeg voor het starten van de behandeling naar de tandarts te gaan, voor een goed verzorgd en gezond gebit
  • als u tijdens de behandeling naar de tandarts moet, meld dan altijd dat u  behandeld wordt en noem de soort behandeling dat u krijgt (chemotherapie, doelgerichte therapie, immuuntherapie, hormonale therapie)
  • verzorg uw mond goed
  • let op uw eten (vermijd pikant en zuur voedsel) en vermijd alcohol

Tips voor een goede mondverzorging:

  • poets 2 tot 4 keer per dag uw tanden
  • gebruik een zachte tandenborstel, eventueel een elektrische borstel of natte gazen i.p.v. een borstel
  • gebruik kindertandpasta
  • gebruik eventueel mentholvrije tandpasta
  • als poetsen (tijdelijk) niet goed kan, gebruik dan alcoholvrije chloorhexidine mondspoeling of –spray
  • reinig tussen de tanden alleen op de manier zoals u dit al gewend was, zonder het tandvlees hard te raken of te beschadigen
  • spoel of spray 4 tot 10 keer per dag uw mond met water of een zoutoplossing; spoel of spray ook na eventueel braken
  • drink koud water, dat kan de pijn verlichten
  • probeer een rietje als drinken pijnlijk is
  • houd uw lippen schoon en houd ze vet met steriele vaseline uit een tube
  • draag uw gebitsprothese niet 's nachts en bewaar deze in een glas water
  • draag uw gebitsprothese helemaal niet als het mondslijmvlies ontstoken is

Als uw mondslijmvlies is beschadigd, neem dan contact op met uw behandelend arts. Het is ook verstandig contact op te nemen als u onvoldoende kunt eten of drinken.

U kunt bij uw arts vragen naar een doorverwijzing naar een diëtist. 
Voor diëtisten bij u in de buurt, raadpleeg hier de Verwijsgids Kanker.